zaterdag 10 februari 2018

Pelgrimeren als uitdaging

Woensdag 7 februari 2018 
Arita Baaijens in de woestijn met haar kamelen


















Wat beweegt de pelgrim?
Ook in 2018 organiseert de Werkgroep Geschiedenis & Cultuur van ons Nederlands Genootschap van Sint Jacob weer een cyclus van vijf lezingen, met dit jaar als centraal thema ‘Wat beweegt de pelgrim?’

  • Wat inspireert hem of haar? Het gaan naar een heilige plaats? Of naar een bijzonder persoon, een heremiet bijvoorbeeld, waarvan naam en faam van verre lokt? 
  • Is ‘t het avontuur tegemoet te gaan, naar vreemde landen, naar verre streken? 
  • Lokt de wildernis? 
  • Of is het de faam van kunst en cultuur: het zien van mooie steden; oude, roemrijke kloosters, grootse kathedralen? 
  • Misschien is het slechts de uitdaging, het sportieve gebeuren? 
  • Of het innen van persoonlijk belang: boetedoening, het verkrijgen van een aflaat, het oplossen van een conflict, of eenvoudigweg een zakelijk belang? 
  • Wellicht ook spelen meerdere motieven tegelijkertijd?

In een vijftal lezingen zullen gerenommeerde sprekers, ieder vanuit de eigen deskundigheid en met casuïstiek, de beweegredenen van de pelgrim nader belichten.

Arita Baaijens
Vanavond is de tweede lezing in het Institutio Cervantes te Utrecht.
Titel van deze avondlezing is: ‘Pelgrimeren als uitdaging’.
Deze lezing wordt verzorgd door Arita Baaijens.
Arita Baaijens, bioloog en wetenschappelijk onderzoekster; zwerft al meer dan twintig jaar als een 'pelgrim' met haar kamelen door de woestijn. Arita is gefascineerd door de wanhoop die je ervaart wanneer je niet weet waar je bent, wanneer er geen water te vinden is en je verstikt raakt door de uitputtende hitte en eenzaamheid.

Wat zoekt de pelgrim in pelgrimeren?
Pelgrimeren is afstand nemen van de gewone dagelijks ritmiek. Niet zelden is het afzien en doorzetten, zoals bij tegenslag, fysiek ongemak en eenzaamheid. Afzien en doorzetten kunnen evenwel ook juist het doel van de reis zijn: het avontuur dat trekt, een sportieve prestatie leveren, de uitdaging aangaan. Sommigen zoeken juist dát. Weg van de gewone dagelijkse ritmiek en zoeken naar het onbekende wordt zo een positieve kracht.

Wie ben ik, en waar leef ik voor?
Stel dat je helemaal wilt verdwijnen in een woestijn, en je staat er in de woestijn alleen voor, met slechts een kameel. Dit is wat in een drie-maandenverlof gebeurde bij Arita. Het gaat hier om iets krankzinnigs doen, wat geen enkel ander doet. Op stap met Karlo, een Duitse man, die haar testte bij aanvang van de tocht: doorlopen zonder pauzes, en geen drinken aanbieden. Resultaat was dat ze elkaar na ongeveer een week al verlieten. Arita wilde proberen alleen verder te gaan; deed dat derhalve ook de volgende dag.
Ze kreeg oude kaarten mee van Karlo, en enkele aanwijzingen, en ging alleen verder op stap in de grote woestijn. Haar horloge ging kapot, haar kameel liep eens weg, en het antwoord waar ze naar op zoek was, kwam maar niet.
Na zo’n tien dagen – ze was toen 32 jaar oud - vroeg ze zich af: "Wie ben ik eigenlijk?" En wat als je op die vraag dan geen antwoord kunt geven? Wat als je voor je gevoel slechts een optelsom bent van wat anderen van je denken?
Na drie weken weer terug thuis, proberen om weer aan het werk te gaan, en dan merken dat dat niet lukt. Dus, baan opgezegd, en dan dient de vraag zich aan: "Waarvoor leef ik eigenlijk?"; een vraag - overigens - die je zelf moet beantwoorden.

Woestijnen in Egypte
Arita Baaijens bleek bezeten van de woestijn. Elke herfst begon ze aan een woestijntocht van vijf tot zes maanden; en tussendoor elk jaar weer wat geld verdienen. Het op reis gaan was elke keer toch weer een hele ‘militaire‘operatie.
Arita beschouwt haar kamelen in de woestijn als de dragers van haar dromen.
In de woestijn - en ook als pelgrim op de camino – kun je zomaar de weg kwijt zijn, en ineens heb je dan je zintuigen, die opeens heel anders gaan werken.
Zo'n 'rite de passage' had ze voorheen nog niet meegemaakt; en nu bleek onderweg dat de woestijn haar als het ware kennis liet maken met zaken waarvan je het bestaan voorheen niet wist.
Er ligt daar in de woestijn een hele geschiedenis; denk maar aan de oude karavaanroutes. Door de woestijn te doorkruisen, houd je die oude karavaanroutes als het ware nog open.

Woestijnen in Soedan
Na tien jaar Egypte is Arita naar Soedan gegaan, aanvankelijk samen met een Poolse archeoloog, op zoek naar goudmijnen. Evenals met haar eerste Duitse reisgezel in Egypte ontstond ook hier in Soedan weer ruzie. Dan blijkt dat je beiden vast zit in elkaars machtsverhouding. Als je dat loslaat, komt er weer ruimte. De oplossing is te ontdekken dat het ook anders kan in het leven.
Jarenlang was er voor haar niets anders in het leven dan de woestijn.
Tijdens een reis in Soedan was het ineens helemaal klaar. De liefde tussen haar en de woestijn was voorbij. Ook in Egypte bleek dat inderdaad het geval te zijn. Het was helemaal klaar.
Maar wat moet je dan?
Dus, op zoek naar een nieuwe obsessie; op zoek naar een heel ander gebied, waar je ook kunt verdwalen. En dat werd ... Siberië.

Paradijs in Siberië
Ze kwam daar in een gebied waar de meerderheid van de inwoners depressief was; ook volledig in de steek gelaten door de Russische overheid, hun religie verboden.
Dáár zocht ze iets groots, en in die zoektocht werd ze gewezen op een Siberisch paradijs, een eigenlijk niet bestaand paradijs, waar ze toch naar op zoek ging, dus kwam ze vele jaren aaneen voor expedities terug. Dáár wilde ze de grenzen van de wetenschap, van haar zelf, en van de lokale bevolking zoeken.

Arita Baaijens vertelt over haar zoektocht naar het paradijs in Siberië

De magie van je pelgrimage
Bij een pelgrimage ga je op stap, en dan gebeurt er van alles, ook dingen die je niet in de hand hebt.
Arita Baaijens:

  • Je moet nooit geld op nummer één van je probleem zetten, zelfs al ben je ten einde raad als het benodigde geld (nog) niet binnen komt. 
  • Als je magisch denkt, gebeurt het.
  • Niets gaat vanzelf.
  • Je moet bij een avontuur niet al stoppen bij de derde mislukking; je moet door, totdat - pas veel later - blijkt dat het inderdaad niet kan.
  • Noteer vier dingen als je je super gelukkig voelt, noteer dan de feiten daarbij.
  • De woestijn was voor mij – voor 'dat meisje van de Veluwe' - geen probleem, maar een thuiskomen.  
  • Als ik een oase verliet, was dat voor mij een opluchting: heerlijk, lekker weer in mijn eentje.
  • Als ik in paniek raakte, stopte ik, ging ik water drinken, tegen mijn wil in ging ik wachten tot het beter ging.
  • Mijn Veluwe-inslag (kerkelijke achtergrond) maakt mij zo bang om weer ergens in te moeten gaan geloven. 
  • Mijn reizen en alle ontmoetingen hebben mij veranderd.
  • Ik wil niet iets geloven wat een ander mij aanreikt; ik wil - met blauwe plekken - leren waar het in het leven over gaat. Ik maak verhalen, en daar ga je dan in geloven. 
  • Tijdens mijn drie maanden durende zoektocht in Siberië ontdekte ik dat ik in de wetenschap geloof; dat was mijn bijbel. 
  • Boven de boomgrens, in de kale leegte van bergen en sneeuw, daar vond ik mijn antwoorden, mijn geluk.
  • Een landschap heeft herinneringen in zich, en ik ontdekte dat ik moest huilen als ik daar boven in de bergen het landschap beschreef. Dat landschap doet er voor mij toe. Dat is voor mij bezielde natuur, waar dat landschap je iets vertelt. 
  • Als je dingen te weten wilt komt, moet je dat doen met je zintuigen; die moet je laten werken.
  • Ik moet/wil ergens zijn waar je alert moet zijn voor de natuurlijke condities; waar de natuur mij te groot is.
  • Ik had het gevoel dat ik op het vierlandenpunt naar de schepping keek. Dat is die zogenoemde 'bezielde natuur'. 
  • Het gaat erom in welke werkelijkheid, in welke waarheid je wilt leven; want dat bepaalt je leven.
  • Ik ben nu 62 jaar en het is nog niet klaar; het begint weer.

Op de valreep
Vier suggesties geeft Arita Baaijens ons aan het eind van de avond nog mee:

  1. Speel het spel.
  2. Breng je overtuiging in gevaar.
  3. Misluk rustig
  4. Gun elkaar de zon.


Geen opmerkingen: