zondag 9 oktober 2016

Arbeidsmarktinformatie in relatie tot aanvragen Macrodoelmatigheid

Dinsdag 4 oktober 2016 
Presentatie over het AIS door Didier Fouarge van het ROA 















Probleemstelling
Bij de beoordeling van aanvragen omtrent macrodoelmatigheid van opleidingen in het Hoger Onderwijs is gebleken dat het aantonen van de arbeidsmarktbehoefte een lastig onderdeel is. Veel hoger onderwijsinstellingen geven aan problemen te ondervinden bij het verzamelen van kwantitatieve arbeidsmarktinformatie die het belang van hun voorgenomen opleiding ondersteunt. Bestaande publicaties zijn vaak te grofmazig, maken geen onderscheid naar opleidingsniveau's, en/of zijn gebaseerd op verouderde data.
De Commissie Doelmatigheid Hoger Onderwijs (CDHO) - bij wie de doelmatigheidsaanvragen ter advisering aan minister Bussemaker worden ingediend - wil graag een bijdrage leveren aan het verminderen van de administratieve lasten bij het aanvragen door de hoger onderwijsinstellingen. Het beschikbaar stellen van goede arbeidsmarktinformatie is daar een onderdeel van.
De CDHO heeft dan ook in dat kader de afgelopen maanden met het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) gesproken over de mogelijkheid van het door het ROA beschikbaar stellen van arbeidsmarktinformatie op een lager aggregatieniveau dan de meer algemene publicatie ‘De arbeidsmarkt naar Opleiding en Beroep tot 2020’. Hierdoor kunnen zowel de hoger onderwijsinstellingen als de CDHO beschikken over meer verfijnde arbeidsmarktinformatie. Dat komt de kwaliteit van aanvragen ten goede en vermindert de lastendruk bij de betreffende instellingen.

Naar een oplossing
Deze gesprekken tussen de CDHO en het ROA hebben inmiddels geleid tot de afspraak dat ROA’s databank - het ArbeidsmarktInformatieSysteem (AIS) -  via een weblink op de CDHO-website gratis beschikbaar wordt gesteld aan alle bekostigde hogescholen en universiteiten middels een gebruikersnaam en een wachtwoord.
De CDHO nodigde ons uit voor een bijeenkomst met als thema: 'Arbeidsmarktinformatie in relatie tot aanvragen macrodoelmatigheid'. Vandaag zijn we derhalve met een delegatie van vier collega's van Stenden Hogeschool aanwezig bij de presentatie van het AIS, die plaatsvindt in 'In De Ruimte', in een kelder, ondergronds aan de Utrechtse Oudegracht.
Aan het begin van de middag worden alle aanwezigen welkom geheten door Dirk Post, de coördinator van de CDHO. Post geeft aan dat de CDHO het belangrijk vindt dat arbeidsmarktinformatie zoals indicatoren en prognoses op een lager aggregatienivo via haar site wordt aangeboden. Sectorale informatie bleek bijvoorbeeld nogal eens een vertekend beeld te geven, waar bijvoorbeeld informatie op subsectornivo daarentegen een beter beeld geeft van de arbeidsmarktsituatie die van toepassing is op het werkveld waarvoor een beoogde nieuwe opleiding wil gaan opleiden.
Morgen wordt deze AIS-tool online gezet, en om nu het gebruik daarvan vanaf het begin goed van start te laten gaan, is het ROA uitgenodigd om hier vanmiddag voor alle belanghebbenden een presentatie te verzorgen over haar AIS.

De arbeidsmarkt in beweging
Deze presentatie over het ArbeidsmarktInformatieSysteeem wordt verzorgd door Didier Fouarge, projectleider en managementteamlid van het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA). Hij gaat vandaag vooral in op het onderwerp 'Aansluiting Onderwijs-Arbeidsmarkt'.
Fouarge begint over de dynamiek van de voortdurend in beweging zijnde arbeidsmarkt. Zo zit bijvoorbeeld de gevoeligheid van de jeugdwerkloosheid vooral aan de kant van de lager opgeleide jongeren. En door de toegenomen arbeidsparticipatie van ouderen (wegens het verhogen van de pensioengerechtigde leeftijd) is de vervangingsvraag van arbeid geringer geworden, zulks ten nadele van de jongeren.
Zowel aan de aanbodzijde (werkveld) als aan beroepskant zien we dat er in de afgelopen 20 jaar een upgrading heeft plaatsgevonden van gewenst en beschikbaar opleidingsnivo. We zien een groei in de soorten beroepen waarvoor een steeds hoger probleemoplossend vermogen van de werknemer wordt gevraagd. De kwaliteit van de beroepsbeoefenaar wordt steeds belangrijker in de arbeidsmarkt.

Arbeidsmarktprognose
Arbeidsmarktprognoses zijn belangrijk voor onder andere studenten, werkgevers, baanzoekers, opleiders en beleidsmakers. Het ROA werkt elk tweede jaar gedetailleerd aan deze prognoses, daarbij steeds zes jaar vooruit kijkend. De prognoses zijn gericht op de hele arbeidsmarkt, inclusief de interacties tussen haar deelmarkten. Tweejaarlijks zes jaar vooruit kijken volstaat om een verantwoord evenwicht te hebben tussen relevantie en betrouwbaarheid van de uitkomsten van dit onderzoek. Deze prognoses vergroten de transparantie van de arbeidsmarkt en hebben een signaalfunctie voor onverwachte fricties in de arbeidsmarkt.
Een goede inschatting is van belang, want herstelscholingen in een niet-verwacht reagerende arbeidsmarkt zijn duurder dan de initiële scholing van bijvoorbeeld de jongeren.

Methodiek
ROA-ramingen gaan over de verwachte vraag (door uitbreiding, vervanging, substitutie van arbeid) en het verwachte aanbod per opleiding en beroep. Ze zijn gericht op werkenden en op de zich doorontwikkelende econometrische modellen, met input van bijvoorbeeld tijdreeksen (middels enquêtes onder beroepsbevolking), ramingen (van bv. CBS en CPB) en periodieke evaluaties.
De ROA poogt met haar arbeidsmarktprognoses een positieve bijdrage te leveren aan het zoeken en vinden van de juiste balans tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt van de komende zes jaren.
Het blijft een uitdaging om iets te voorspellen omtrent nieuwe vraag in bestaande beroepen. Het is de vraag immers of je wel iets kunt zeggen over nog niet bestaande opleidingen en beroepen. Eén ding is zeker: als het echt iets geheel nieuws is, kan ook het ROA er nu nog niets over zeggen. In dat geval zul je als hoger onderwijsinstelling ten behoeve van een doelmatigheidsaanvraag dan toch maar een weg moeten zoeken en vinden, die aansluit bij wat we wèl weten over al wel bestaande beroepen.
Iets anders is dat de huidige ROA-voorspellingen lopen tot aan 2020, terwijl hoger onderwijsinstellingen nu al bezig zijn met het opstarten van nieuwe opleidingen, die op zijn vroegst afgestudeerden zullen gaan leveren in de jaren 2021 en 2022. Dan is er maar één oplossing: kijk niet verder dan de cijfers die gelden voor 2020, want iets anders en meer is er immers niet.
Als intermezzo kijken we naar een animatiefilmpje van het ROA.

ArbeidsmarktInformatieSysteem (AIS)
In het tweede deel van de presentatie van Didier Fouarge kijken we naar enkele illustraties uit het AIS, onder andere op het gebied van arbeidsperspectieven naar opleidingsnivo en verwachte arbeidsmarktkansen.
Het AIS heeft een grote kring van gebruikers. De ROA werkt hiertoe met een dataportal, die is beveiligd met een gebruikersnaam en wachtwoord. De ROA werkt niet met zogenoemde Croho-nummers van afzonderlijke opleidingen, maar met opleidingentypen, bestaande uit geclusterde opleidingenverzamelingen.
Mijn feedback aan Didier Fouarge dat ik het niet wenselijk acht dat het ROA in het AIS zowel de WO-Bachelor als de HBO-Bachelor onder de noemer van 'HBO' laat vallen, en zowel de WO-Master als de HBO-Master onder de noemer van 'WO' laat vallen, en dat het wellicht valt te overwegen om de eerste twee onder de noemer 'Bachelor' en de laatste twee onder de noemer 'Master' te laten vallen, vindt bij Didier Fouarge gehoor, in die zin dat het ROA hier nog eens goed naar moet kijken, want de door het ROA tot op heden gehanteerde indeling naar HBO en WO spoort inderdaad niet met de huidige Bachelor-Master-structuur van het Nederlandse Hoger Onderwijs, dus daar zal nog een oplossing voor moeten worden gevonden. We wachten nu af met welke indelingsoplossing het ROA in dezen op termijn zal komen voor HBO-Bachelor, WO-Bachelor, HBO-Master en WO-Master.
Vervolgens krijgen we een demo in het werken met het AIS te zien voor wat betreft bijvoorbeeld 'uitwijkmogelijkheden' naar redelijk vergelijkbare beroepen, en voor wat betreft 'conjunctuurgevoeligheid'.
Fouarge geeft aan dat in het geval je met het AIS niet goed uit komt op het perspectief van een bepaalde opleiding, je nog wel eens zou kunnen kijken hoe het perspectief wel aantoonbaar is voor wat betreft de beroepen waarvoor die opleiding opleidt. Dan kom je er wellicht wel redelijk goed uit.

Conclusies
Aan het eind van de middag is het tijd om enkele conclusies te trekken.
Duidelijk is het in elk geval dat enquêtes onder afgestudeerden van opleidingen bijzonder nuttig zijn.
We moeten ons echter wel realiseren dat enquêtes geen doorkijkje bieden naar de toekomst.
Prognoses daarentegen geven wel een doorkijkje naar de toekomst.
Het AIS van het ROA is een rijke bron aan informatie over de huidige arbeidsmarktsituatie, en over de verwachte ontwikkelingen in de vraag en het aanbod op die arbeidsmarkt van de komende jaren.
Over de vraagstelling of dit AIS van het ROA daadwerkelijk leidt tot een betere allocatie van aanbod van afgestudeerden naar de vraag op de arbeidsmarkt, is nog betrekkelijk weinig bekend. Er is dan ook bij de ROA nog wel behoefte aan een experiment rondom het vraagstuk hoe de informatie uit het AIS het onderwijs en de arbeidsmarkt helpt. Het zij de ROA dan ook gegund dat zij de middelen verkrijgen om daar nog nader onderzoek naar te doen. Dat is hen vooral ook gegund omdat zij nu op verzoek van de CDHO via de website van de CDHO haar gehele databank vanaf morgen voor de bekostigde instellingen in het Hoger Onderwijs beschikbaar stellen. Dat is een belangrijke stap voorwaarts, die mijns inziens aller waardering verdient.

Geen opmerkingen: