woensdag 17 augustus 2016

Pelgrimeren van Boimorto naar O Pedrouzo

Op de camino in gesprek met jongeren van het internationale evangelisatieteam 



















Van Le Puy-en-Velay naar Santiago de Compostela

Camino del Norte & Camino de la Costa > Irún – Santiago de Compostela
Camino de la Costa van Boimorto naar O Pedrouzo
Vrijdag 5 augustus 2016 – 24 km.
Dag 39: 803,9 – 827,9 km


Vroege ochtendrituelen
De wekker wekt ons op de gebruikelijke tijd om 6.20 uur en om 6.30 uur staan Durkje en ik dan op. Eerst naar de sanitairruimte van onze camping in Mesón da Cabra, waar dan het gebruikelijke korte ochtendpraatje met de campingeigenaar Antonio wordt gehouden, die zelf ook van dit waslokaal gebruik maakt. Elke ochtend staan we hier samen, wastafel aan wastafel. Verder slaapt iedereen op de camping nog. Antonio doet elke ochtend om 7.00 uur het campinghek open. Na het ontbijt verlaten Durkje en ik vanmorgen om 7.20 uur de camping om met de auto naar Boimorto te rijden, waar onze etappe van vandaag op de Camino de la Costa begint. We lopen vandaag de 24 kilometers van Boimorto naar O Pedrouzo, vanwaar het (morgen) nog één dag gaans is naar Santiago de Compostela.

Vandaag de variant via O Pino
Gisteren schreef ik al dat je als pelgrim bij het verlaten van Boimorto moet kiezen welke vervolgroute je neemt. De gebruikelijke – en meest gekozen - etappe van de Camino de la Costa gaat bij het gezondheidscentrum linksaf in de richting van en naar Arzúa, en de route-‘Variant via O Pino’ gaat op dit punt rechtdoor in de richting van O Pedrouzo. Beide bestemmingen liggen op de pelgrimsroute richting Santiago de Compostela. In plaatsen zoals Melide, Arzúa en Loureiros (vlak vóór O Pedrouzo) komen verschillende camino’s bij elkaar, om van daaruit samen verder te gaan naar Santiago de Compostela.
Tijdens onze eerste pelgrimage hebben Durkje en ik de Camino Franchés al geheel gelopen, die via Melide, Arzúa en O Pedrouzo naar Santiago de Compostela gaat. Tijdens onze tweede pelgrimage hebben we de Camino del Norte in combinatie met de Camino Primitivo gelopen, die zich in Melide samenvoegt met de Camino Franchés. Vorig jaar hebben we dus al voor de tweede maal het traject van Melide via Arzúa en O Pedrouzo naar Santiago de Compostela gelopen.
Dit jaar gaan we het anders doen. Gisteren liepen we al van Boimorto de standaardroute van de Camino de la Costa naar Arzúa. Om nu te voorkomen dat we dit jaar voor de derde maal de etappe van Arzúa naar O Pedrouzo lopen, gaan we vandaag terug op de route naar Boimorto, om dan vanuit Boimorto naar O Pedrouzo te lopen via de ‘Variant via O Pino’ van de Camino de la Costa. Vandaag gaan we dus nu rechtdoor over de variant-route richting O Pedrouzo, en daarmee maken we dan de alternatieve aansluiting op de Camino Franchés bij het gehucht Loureiros.

Boimorto
Onze auto parkeren we in Boimorto bij de dorpssupermarkt tegenover het gezondheidscentrum, waar de beide routes uiteen gaan. Twee oude mannen met een oude vrouw komen vanuit het dorp aanlopen, die gedrieën in de nog vroege ochtend een ochtendwandeling gaan maken. Nu is het daarvoor nog heerlijk ochtendfris met de 10 graden Celsius waarmee onze etappe vandaag begint. Eén van de mannen wijst met zijn wandelstok ons de richting aan: rechtdoor is naar O Pedrouzo, “Buen Camiño”, en zij gaan alvast voorop.
Wij maken ons bij de auto gereed voor vertrek.
Dan lopen we naar de splitsing bij het gezondheidscentrum, waar we gisteren in de regen en vanmorgen in de ochtendkou bij de richtingwijzer uitvoering geven aan de richtingkeuze van de dag. 
We volgen de drie oudere wandelaars de eerste honderd meter, waar zij een zijweggetje in gaan, en wij de doorgaande route over de CP-0603 volgen. De routebeschrijving van de variant is al even duidelijk als de route: gewoon 10 kilometer lang deze CP-0603 blijven volgen, daarbij alle zijwegen en zijpaden negerend.
Als we het dorp Boimorto uit wandelen, komt juist de opgaande zon achter ons in beeld, en werpt de zon haar lange schaduwen van ons ver vóór ons uit over de asfaltweg. Al snel kun je zien aan het korter worden van deze schaduw dat de zon achter ons snel en ver boven de horizon uit klimt.

Van 1 tot 10
De variantroute die we lopen, wordt niet of nauwelijks bewegwijzerd met gele pijlen of anderszins, maar de routebeschrijving in onze routegids is voldoende duidelijk. Daar komt bij dat we na elke kilometer een bermbordje in de berm zien staan, waarop staat hoeveel kilometer we van Boimorte zijn verwijderd. Het eerste bordje hebben we al snel buiten Boimorto gepasseerd, en we weten dat we tot het tien-kilometerbordje deze weg moeten blijven volgen.
We lopen ten opzichte van de hoofdroute van gisteren veel hoger, dus we hebben regelmatig ook prachtige vergezichten in beide richtingen. Links naar het oosten kunnen we heel ver het diepe dal in zien, met de bergen daarachter op de horizon.
En rechts genieten we ook van de prachtige wegbermen, met haar mooie plantenkleuren in het prille en schilderachtige ochtendlicht.

Alternatieve koffie
De CP-0603 is een hele stille asfaltweg, golvend op en neer, door bossen met naaldhout en veel eucalyptus, en tussen open velden, die vaak ook het resultaat zijn van houtkap in deze productiebossen. We passeren een kaalgekapt perceel, dat geheel gereed is voor nieuwe bomenaanplant. Daarachter staat al een rij nieuwe eucalyptusbomen met een hoogte van zo’n drie meter, en daarachter is de dichte boszoom met de veel oudere en veel hogere eucalyptusbomen.
Onze routegids meldt overigens dat we op deze routevariant maar één horecagelegenheid zullen passeren, en dat dit zal zijn na 4,25 kilometer voorbij Boimorto. Dat is mooi, want dan kunnen we daar na ons eerste uur wandelen een kop koffie drinken, alvorens we verder trekken. En ja hoor, na die 4,25 kilometer staan we vóór de bewuste bar Requero. Tafels en stoelen staan keurig opgesteld op het terras, dus dat komt wel goed. Niet dus, want de deur is dicht, en rondom het hele gebouw is niemand te bekennen.
Niets aan te doen, geen koffie dus vanmorgen. Maar geen nood, want ze hebben hier in Spanje koffiesnoepjes, en daar hebben we een doosje van in onze rugzak, voor het geval een kop koffie geen haalbare kaart is. We krijgen elk een dergelijk snoepje met koffiesmaak, en gaan dan toch met de smaak van koffie moedig verder.

Asfalteren bij de kapel
De zevende kilometerpaal staat bij de kapel van A Mota.
Wegwerkzaamhedenbordjes staan er langs de weg, maar die deren ons niet. Wij steken diagonaal door de berm over naar de kapel van A Mota. Die is zoals zoveel kapellen en kerken langs deze route gesloten, dus daar zijn we zo langzamerhand wel aan gewend.
We gaan weer terug naar de doorgaande weg, en dan zien we waarom onze weg is afgesloten voor alle verkeer. Verderop wordt geasfalteerd, maar dat hoeft voor ons als wandelaars toch geen belemmering te zijn. Wij gaan gewoon rechtdoor verder, en lopen ter hoogte van de asfalteringswerkzaamheden door de smalle wegberm. Omdat er net teer op het wegdek is gespoten en het wegbermgras hier en daar ook enig teer heeft opgevangen, krijgen wij op dit traject wel enige teerdruppels op onze wandelbroeken en wandelschoenen, maar dat is niet erg (daar kunnen de meningen uiteraard over verschillen), en als we die zwarte vlekjes in de komende tijd terugzien, zullen we ze zeker herinneren als tekens van de camino. Als we bij een wegwerker langs lopen, groet hij ons en vertellen we hem dat we als pelgrims onderweg zijn naar Santiago de Compostela. ‘This is the right way to Santiago’, is zijn reactie; voor ons niet nieuw, maar wel goed nieuws.

Tot Alto de Goimil
Na ongeveer negen kilometer komen we door het plaatsje As Calles, nabij Goimil.
Verderop passeren we een vrachtwagen volgeladen met boomstammen. Er staat een servicewagen bij. Als we dichterbij komen, zien we dat de chauffeur en de servicemonteur net een wiel hebben vervangen. Kennelijk een lekke band. Ze zijn bezig de dikke wielmoeren weer aan te draaien om het reservewiel vast te zetten.
Nabij het tienkilometerbordje arriveren we in Alto de Goimil. 
Hier eindigt voor ons het traject van de CP-0603. Op het kruispunt in het dorp gaan we linksaf verder over een asfaltweg. Die hoeven we maar 420 meter te volgen, want dan moeten we al weer rechtsaf op een splitsing waar een bordje verwijst naar de parochie van Oins.

Tweelingdorpen Ferradal en Oins
Weer volgt een lange asfaltweg, ook nu weer door een golvend landschap, maar een veel opener landschap met meer open velden tussen de bospercelen. Vlak vóór het plaatsje Ferradal halen we een man en een vrouw in, die met een hondje aan de wandel zijn. Veiligheidshalve houdt de man het hondje even vast als we hen passeren, waarbij het hondje met serieus gegrom toch wel even wil laten merken dat hij protesteert tegen onze passage.
We lopen Ferradal binnen.
Eerder spraken we al af dat we bij de parochiekerk van het buurdorpje Oins een rust- en etenspauze zullen houden, want daar zal vast wel een gelegenheid zijn om even te zitten.
We lopen Oins in als we Ferradal uitlopen, en dan zijn we ook direct al bij de kerk. Hier staat een wegwijzer in de berm die aangeeft dat Santiago de Compostela rechtdoor is.
De kerktoren steekt mooi af tegen de helderblauwe lucht.
Het is ondertussen al warm geworden. De temperatuur loopt tijdens onze dagetappe op tot 24 graden Celsius. We vinden tegenover de kerk een goede plek om te zitten in de bushalte. Daar rusten, eten en drinken we.

Hondenbrokken voor het schaap
Naast de kerk staat een huis met eronder een grote garage, waarvan de deur open staat. Naast de ingang staat dat hier ook een wc is. Als ik naar de wc ga, zie ik aan één kant van de garage allemaal rommel staan: grote papieren zakken, dozen met oud papier, stapels boeken, en nog veel meer. Als ik even later weer uit de wc kom, hoor ik om de hoek iemand in die rommel scharrelen. Als ik de hoek om loop, zie ik dat het een groot schaap is. Madam staat met de voorpoten op de houten bank, en met de kop in een van de papieren zakken. De kop komt uit de zak en dan zie ik dat ze eet. Dat tafereel van kop in de zak, uit de zak en dan knabbelend kauwen, mij even aankijken, en dan de kop weer in de zak, herhaalt zich enkele malen, en ik maak van deze gelegenheid gebruik om daar met mijn fotocamera een mooi filmpje te maken. Ze kijkt me steeds aan met een blik van: “als jij hier niet over praat tegen anderen, doe ik het ook niet”. Omdat dit niet oneindig door kan gaan, omdat Durkje en ik weer verder moeten, jaag ik het schaap naar buiten en doe de grote garagedeur dicht. Dan blijft het schaap met veel beweging en kabaal duidelijk maken dat ze de wei weer in wil tussen de kerk en de garage, maar het hek zit dicht en de muur waar ze zojuist vanaf is gesprongen, blijkt proefondervindelijk te hoog te zijn om op en over heen te springen. Of ik het hek even open wil doen; daar gaat ze staan wachten, mij aankijkend. Ik kan het hek inderdaad met een metalen schuif openen, en dan stapt mevrouw dankbaar door het hek weer in de wei en voegt zich bij de andere schapen. Eind goed al goed, en beiden wel gevoed.

Over de nieuwe autosnelweg
Durkje en ik gaan weer verder. We lopen Oins uit en direct Beis al in.
Verderop komen we door het plaatsje Os Campos.
Een hele stevige en lange klim volgt over asfalt. Als we boven komen, zijn we verrast, want we staan ineens op een locatie waar een autosnelweg wordt aangelegd. Links en rechts van ons zien we twee nieuwgebouwde viaducten die nog niet in gebruik zijn.
Daar onderdoor zien we tot zover we kunnen zien aan beide zijden de basis van wat ooit eens de nieuwe autosnelweg van Santiago de Compostela naar Lugo zal zijn. De basis doorsnijdt het landschap, maar geasfalteerd is het nog niet.
Van beide zijden rijden grote vrachtwagens heen en weer.
De ene kant op zijn ze leeg, de andere kant op zit de laadbak vol grond. Steeds moeten ze onze doorgaande asfaltweg oversteken.
Over enkele jaren zal dit (camino-)asfaltweggetje hier ter plekke niet meer bestaan, en zal de camino waarschijnlijk over het dichtstbijzijnde viaduct gaan.

Mee in de lange stoet pelgrims
Nog een eindje verder en dan staan we voor de N-547. Dit is de weg tussen Arzúa en O Pedrouzo.
We steken deze drukke verkeersweg over en wandelen dan het plaatsje Loureiros binnen. Vóór ons zien we al de eerste pelgrims deze asfaltweg oversteken. Dit zijn de pelgrims die vandaag doorgaans op de samengevoegde camino onderweg zijn van Arzúa naar O Pedrouzo.
Op de plaats waar onze variant van de Camino de la Costa zich samenvoegt met onder andere de Camino Primitivo en de Camino Franchés kijken we even naar links, vanwaar de pelgrims komen. Wat we al dachten, en eigenlijk ook uit ervaring al wisten, wordt dit pelgrimspad druk bewandeld, hetgeen ons direct opvalt als we al die pelgrims zien die van links komen, hier oversteken en naar rechts verder gaan richting O Pedrouzo.
Wij voegen ons in deze bonte stoet pelgrims en gaan met hen mee naar het westen.
Ons vallen de bermpalen op langs de route. We hebben de indruk dat dit nieuwe bermpalen zijn, die hier zijn geplaatst nadat wij hier vorig jaar langs zijn gelopen. Deze (nieuwe) bermpalen geven (nu) ook aan hoeveel kilometer het nog is tot aan de kathedraal van Santiago de Compostela.
We volgen nu de camino-route, die op dit stuk nogal dicht langs de lawaaierige N-547 gaat. Af en toe moeten we onder deze weg door, of deze verkeersweg oversteken.

Jesus died for a reason
Nadat we de N-547 weer eens zijn overgestoken, komen we over een picknickplaats. Daar heeft een Spaanse evangelische geloofsgroep een evangelisatiestand ingericht.
Alle pelgrims worden met een gospellied met gitaarbegeleiding ontvangen, worden vriendelijk aangesproken, kunnen een folder ‘Jesus died for a reason’ mee krijgen, mogen een portie paëlla mee-eten en krijgen allemaal een beker bronwater aangeboden. We raken met enkelen van deze evangelisatiegroep aan de praat.
Dit gaat uit van een Spaanse organisatie, die werkt met jongeren die vanuit allerlei landen naar Santiago de Compostela komen, om hier op de camino te evangeliseren. Zo spreken we met jongeren uit Bulgarije, Slowakije, Spanje en Kroatië. Het werkt goed op deze plek.
Gegeten wordt er nauwelijks, gedronken wordt er veel, en veel pelgrims gaan toch even in gesprek met deze jonge evangelisten.
Verderop zien we nog veel pelgrims met het foldertje lopen: ‘Jesus died for a reason … You are that reason! Good News: If the Son makes you free, you shall be free indeed’.

Halen we Santiago?
We lopen over een breed en heerlijk geurend bospad door een eucalyptusbos. In 2012 kwamen we hier al langs een plek waar een Ierse familie een eenvoudig herdenkingsmonumentje had opgericht om te gedenken dat hun dierbaar familielid als pas gearriveerd pelgrim in haar slaap in Santiago de Compostela overleed. Vorig jaar was dat punt nog duidelijk herkenbaar als herdenkingsplek. Als we er vandaag weer – nu dus al voor de derde keer – bij langs lopen, zien we dat er van deze plek eigenlijk niet veel meer rest dan een rommelige hoop steentjes, met hier en daar nog een klein gedenk-briefje ertussen. De meeste pelgrims zullen waarschijnlijk niet eens meer in de gaten hebben dat ze hier een dergelijke herdenkingsplek passeren.

O Pedrouzo
Als we dan nu alle ons bekende plaatsen zoals O Brea, O Empalme, Santa Irene en tenslotte A Rúa zijn gepasseerd, komen we het bos uit en zien we links vóór ons de plaats O Pedrouzo liggen.
Er zijn dan twee opties: òf je steekt de weg over en gaat over een breed bospad door een eucalyptusbos hoog achter de bebouwde kom langs, òf je loopt door de berm rechtstreeks naar het centrum van O Pedrouzo. Die laatste optie is met name de beste voor wie vooraan in O Pedrouzo een slaapplaats zoekt. Verderop staat namelijk een grote refugio direct vooraan in de bebouwde kom. Als we daar om 14.00 uur langs lopen, zien we een behoorlijke rij wachtenden voor de ingang van de pelgrimsherberg staan om zich in te schrijven voor de overnachting van de komende nacht.

Uitersten op de Camino’s de Santiago
Vlak voorbij die refugio zie ik bij een café een taxi staan, zonder chauffeur. Aan de bar in het café ontmoet ik de taxichauffeur, met wie ik afspreek dat hij ons voor 20 euro terugrijdt naar Boimorto. Eerst via de N-547 en vanaf Loureiros exact over de asfaltwegen waarop we vandaag liepen, rijdt hij ons met hoge snelheid in zijn Mercedes terug naar Boimorto. Deze terugreis wordt voor ons zo als het terugdraaien van de film van nagenoeg de hele pelgrimsetappe van vandaag. In Boimorte stappen we uit de taxi bij onze auto, en dan rijden we met onze auto vanuit Boimorto weer terug naar de camping in Mesón da Cabra.
De afstand van de 24 kilometers van vandaag hebben we in bijna zes uren afgelegd. De temperatuur liep op van 10 naar 24 graden Celsius, en vanwege de helderblauwe lucht was het vandaag een stralende zomerdag op de camino. De enige pelgrim die we op de variant-route van vandaag ontmoetten, was een fietspelgrim. Op deze voorlaatste pelgrimsdag hebben we van Boimorto tot aan Loureiros in een opvallend stille omgeving gelopen, die in groot contrast staat met de grote drukte op de camino tussen Loureiros en O Pedrouzo. Tussen deze twee uitersten gaat de pelgrim voort, want het is allemaal – waar je ook gaat – een ‘Camino de Santiago’.

Geen opmerkingen: