woensdag 29 augustus 2012

Pelgrimeren van Arzúa naar Pedrouzo

Als pelgrims bij Sint Jacob onder de grote Jacobsschelp in de kerk van Pedrouzo

Van Sint-Jacobiparochie naar Santiago de Compostela

Camino Santiago > Roncesvalles – Santiago de Compostela

Van Arzúa naar Pedrouzo
Zondag 19 augustus 2012 – 19 km.
Dag 151: 3236 - 3255 km

De op één na laatste etappe
Het thema dat de ANWB in haar routegids gaf aan het pelgrimstraject dat Durkje en ik vandaag gaan wandelen, is: ‘De op één na laatste etappe’. Dat thema is in haar eenvoud voor elke pelgrim klip en klaar. Je loopt als pelgrim je voorlaatste etappe van Arzúa naar Pedrouzo, en daarna wandel je op je laatste pelgrimsdag van Pedrouzo naar Santiago de Compostela.
Morgen brengen we onze huurauto terug naar Ponferrada en halen we daar onze gerepareerde auto weer op. Omdat onze zomervakantie vandaag de laatste week in gaat, reizen we morgen weer richting Nederland.
Wij lopen vandaag nog wel de voorlaatste etappe, maar we bewaren de laatste etappe voor later. We willen hier in Galicië nóg een keer terug komen, om dan eerst het laatste traject van Pedrouzo naar Santiago de Compostela te lopen, om daarna nog in enkele dagen van Santiago de Compostela naar Finisterre aan de Atlantische Oceaankust te lopen.

Arzúa
Vanmorgen vertrekken we rond 7.15 uur met onze huurauto vanaf de camping in Portomarín, om naar Arzúa te rijden. Daar begint onze voorlaatste pelgrimsetappe bij de plaatselijke, gesloten kerk om 8.20 uur. De veters van de schoenen nog even checken ….
En dan lopen we door een nauwe straat het stadje uit. In de Middeleeuwen liep dit straatje hier ook al als onderdeel van de Sint-Jacobsroute. Je loopt tegenwoordig over een vrij recent aangelegde calzada, die buiten Arzúa over gaat in een onverharde weg.
We steken de Río Landrón over en wandelen door het gehucht As Barrosas.
Daarna nemen we de geasfalteerde weg naar het dorpje Pregontoño.
Voorbij Pregontoño steken we eerst een asfaltweg over en dan gaan we een klein eindje verder onder de N547 door. Vanuit die onderdoorgang volgt een flinke klim, waarna we vanaf een pad langs akkers een mooi uitzicht hebben over de stad Arzúa, die we zojuist achter ons hebben gelaten.

Warm tot heet
Het is bewolkt. De temperatuur is vanmorgen zo vroeg al 15 graden Celsius en het is broeierig weer. De temperatuur loopt vandaag tijdens onze wandeling op tot 27 graden Celsius, maar later op de dag – als we onze wandeling al lang achter de rug hebben - meten we ook 37 graden Celsius. Tijdens onze wandeling is het dus nog warm, maar het wordt heet vandaag.
We lopen vlak langs het dorp Cortobe en komen door het dorpje Peroxa.
Daarna volgt eerst een loofbos. Nadat we daarin eerst omhoog zijn gegaan, gaan we naar een heel mooi beekdal, dat door een eikenbos voert. Vanuit het dal gaan we over de helling omhoog naar een niet zo hoog gelegen plateau. Daarna komen we in het gehucht Taberna Vella.

A Calzada
Dan zijn we van plan om naar A Calzada door te lopen. Onderweg wordt de voormalige, doorgaande route van de camino tijdelijk onderbroken. We kruisen namelijk de plaats waar men met graaf- en grondwerkzaamheden bezig is om de nieuwe autosnelweg naar Santiago de Compostela aan te leggen.
We moeten een hele kleine omweg maken om van de ene kant van de nieuwe snelweg de verbinding van de camino aan de andere kant van de snelweg te maken.
Na dit ‘avontuur’ kunnen we over de oude camino verder lopen naar de plaats A Calzada.
Tegenover een boerderij vindt Durkje een brede haag met rijpe bramen.
In die tijd van bramen plukken en bramen eten, ben ik in de gelegenheid om even een kijkje te nemen in de koeienstal van de veeboer hier ter plaatse.
De in gebruik zijnde bedrijfsgebouwen lopen in de pas met 2012, maar de oude bedrijfsgebouwen en woonruimte die aan de andere zijde staan, lopen meer in de pas met een jaartal van zo’n honderd jaar eerder.
Voorbij A Calzade lopen we langs een perceel nieuwe bosaanplant van Eucalyptussen.

Schilderachtig Calle
We volgen een schitterend oud pad met op een gegeven moment aan onze linkerzijde een metershoge, mooi begroeide rotswand.
Zo’n tien minuten later komen we in het plaatsje Calle.
Onze routegids vertelt dat we hier straks onder een hórreo door zullen lopen, die over de straat heen is gebouwd. Welnu, de basis van die hórreo ligt Anno 2012 inderdaad nog hoog boven de straat, maar de hele opbouw van de hórreo is verdwenen.
We gaan verder door de smalle straatjes van dit schilderachtige dorpje.
Verderop lopen we onder een afdakje door, dat is begroeid met druivenstruiken.
Dit dorp zou een prachtige filmlocatie kunnen zijn van een romantische film over het leven op het oude Spaanse platteland.
Aan het eind van het dorp bij een stromend beekje, lopen we over de beekbrug langs de oude stenen wasplaats van het dorp.
Dan volgt aan onze rechterhand nog een idyllisch plaatje van twee oude wagenwielen, een hooggebouwde hórreo en de kopgevel van een oud natuurstenen gebouwtje. Met de aankledende begroeiing erbij zomaar weer een schilderachtig plaatje en voldoende aanleiding voor al wéér een mooie foto.

Boavista
Voorbij Calle volgt een holle weg van de oude Sint-Jacobsroute, gevolgd door een stukje asfaltweg en een onverhard pad, dat ons naar het gehucht Boavista voert.
Boavista en het volgende dorp Salceda zijn twee kleine boerendorpen, waar men voor een groot deel bestaat van veeteelt. Links en rechts van ons rijden de camino-fietsers door de smalle straatjes van de dorpjes en over de brede en smalle paden van de camino om ons heen. De ene camino-fietser heeft een fietsbel, een ander een alarmerende hoorn, een derde roept al van verre dat hij of zij eraan komt, en een ander laat het er volledig op aan komen en vliegt zonder enige waarschuwing - soms bijna onverwacht - om je heen. Gelukkig gaat het tot nu toe altijd goed tijdens het passeren, maar een ongeluk zit wel in een klein hoekje. Ook tussen Boavista en Salceda zoeven de camino-fietsers om ons heen. Wandelaars en fietsers zijn hier als het ware één mobiele gemeenschap. Nagenoeg iedereen die elkaar hier voorbij gaat, groet de ander hartelijk met bijvoorbeeld: “olla” en/of “buen camino’.

Salceda
We hebben bepaald dat we in Boavista of in Salceda koffiepauze zullen nemen. Boavista heeft geen horecagelegenheid, dus we moeten op enige afstand van de N547 over een mooi voetpad boven deze drukke verkeersweg nog even doorlopen naar Salceda.
Als we bij de N547 komen, zien we in de verte enkele horeca-gelegenheden voor pelgrims aan beide zijden van de N547. We kiezen voor de middelste, aan de overzijde van de weg. En wie zien we daar al vanuit de verte op het terras staan, zich klaarmaken voor vertrek? Juist, het pelgrimsduo Klaas & Arianne uit Alkmaar, dat wij ook gisteren tijdens onze koffiepauze ontmoetten. Ze hebben net hun koffiepauze afgerond, dus we praten nog even en dan gaan zij verder en wij aan de koffie.

Brea en Rabiña
We lopen langs het plaatsje Ras en gaan dan over een onverharde weg naar het plaatsje Brea.
Voorbij Brea zien we een oude vrouw op een aantal dode boomstammen zitten onder een grote blauwe paraplu. Ze houdt als waakzame schaapherder de schapen goed in de gaten, die een eindje verder in het weiland grazen.
Het volgende dorp waar we doorheen komen, is het plaatsje Rabiña.
Daarna  komen we weer bij de N547. Een richtingbord dat ons de richting van Santiago de Compostela wijst, is door passerende pelgrims geheel beschreven met boodschappen voor volgende pelgrims. Veel verkeersborden zijn onderweg langs de camino op deze wijze beklad.

Alto de Empalme
We volgen de N547 om naar het hoogste punt voor vandaag te klimmen, over het pad langs deze verkeersweg. We arriveren dan op de 405 meter hoge Alto de Empalme, ook wel de Alto de Santa Irene genoemd, omdat iets lager het dorpje Santa Irene ligt. Boven op deze heuveltop bevinden zich enkele horecagelegenheden.
Aan de andere zijde van de heuveltop gaan we naar beneden. Langs het bospad van de camino bloeien mooie planten.

Santa Irene
Met een korte tunnel gaan we onder de N547 door. Bij de ingang van de tunnel wordt de locatie van de kerk en van enkele nabije pelgrimsherbergen getoond op een natuurstenen plaat, die is opgehangen tegen de tunnelwand.
Aan de andere zijde van de tunnel onder de N547 staat een kleine kapel bij een waterbron, waar pelgrims enkele memoria hebben gedeponeerd.
We proberen een stempel te krijgen in de kapel van Santa Irene, maar die kapel is helaas gesloten. We moeten om groot rooi-materieel heen lopen van bosbouwers, die vandaag – zondag – vrij zijn. Hun bosbouwmachines en materieel staat hier in de berm langs de oude doorgaande weg.

Rúa
We steken de N547 weer over en dan ontmoeten we de jonge Spanjaard, die wij enkele dagen geleden uitgeput ontmoetten bij het klooster in Samos. Hij is toen de hele dag bij en in het klooster van Samos gebleven en is de dag erna weer verder gaan lopen. Inmiddels heeft hij een Spaanse wandelmaat ontmoet, met wie hij nu al enkele dagen loopt.
We komen bij het dorpje Rúa en passeren daar een huis met een grote moestuin achter de woning. Veel Spanjaarden hebben op het platteland nog een moestuin, hebben we onderweg gezien.
We komen dan bij, in en door een bos met hoge, ranke Eucalyptusbomen.
Aan het eind van het bos passeren we een herdenkingsmonument, ter nagedachtenis aan een Ierse pelgrim die in het jaar 2003 in Santiago de Compostela in haar slaap overleed, vlak nadat ze in Santiago de Compostela was gearriveerd.
Bij een metershoge rots komen we in Rúa het bos weer uit.
Een oude houten boerenkar staat hier in een nis langs de doorgaande weg.
Het is een schilderachtig straatje van Rúa waar we hier doorheen wandelen.

Pedrouzo in zicht
Dan komen we weer bij de N547. Als we de N547 oversteken, zien we links van ons in de verte de eerste gebouwen van onze bestemming voor vandaag: Pedrouzo.
We lopen over een bospad achter de gebouwen van Pedrouzo langs. Nadat we om een sporthal en langs een sociaal-cultureel centrum zijn gelopen, komen we op een splitsing, waar de camino rechtsaf gaat en daar iets verderop in het bos verder gaat.
Op dit punt beëindigen wij onze pelgrimage voor deze zomervakantie. We wandelen linksaf naar het centrum van Pedrouzo. Daar vragen we aan een man en een oude vrouw waar we de plaatselijke kerk kunnen vinden. Aan de overzijde van de hoofdstraat vinden we in een buitenwijk van Pedrouzo de dorpskerk.

Afsluitend kerkbezoek in Pedrouzo
Gelukkig is de kerk open, want we willen graag deze pelgrimsdag en deze vier pelgrimsweken afsluiten met een mooi kerkstempel van Pedrouzo. Gelukkig is de kerk wel open en kunnen we een stempel zetten in onze pelgrimspaspoorten.
In deze kerk vinden we een schilderij van Sint Jacob de Meerdere en van Sint Jacob de Mindere.
In het koor van de kerk zien we een enorme Jacobsschelp in een kleur van parelmoer.
We willen aan de vier hier ook aanwezige Spanjaarden vragen om van ons samen een foto te maken bij deze enorme Jacobsschelp. Als ik naar de ingang van de kerk loop – waar die Spanjaarden staan – zie ik dat Arianne de kerk ook binnenloopt. We hadden niet verwacht dat we haar en haar echtgenoot Klaas nog (eens) zouden ontmoeten vandaag. Klaas zit verderop te wachten en Arianne komt hier even om pelgrimsstempels te halen. Arianne maakt een aantal foto’s van ons bij de grote parelmoer Jacobsschelp in het koor van deze dorpskerk.
Dan stempelt Arianne hun stempelkaarten ook af, zoals wij dat zojuist al hebben gedaan.

Pedrouzo - Molinaseca
Daarna lopen we met Arianne weer terug naar het centrum van Pedrouzo. Daar nemen we opnieuw afscheid van elkaar. Zij gaat weer terug naar Klaas. Ze willen vandaag nog een stukje verder lopen.
Durkje en ik lopen door de hoofdstraat van Pedrouzo, op zoek naar een taxi. We kopen nog enkele pelgrimsansichtkaarten in de pelgrimsspeciaalzaak van Pedrouzo en dan belt de winkelier voor ons een taxi, die ons van Pedrouzo weer terug rijdt naar Arzúa.
Vanuit Arzúa rijden we met onze huurauto naar Ponferrada, waar we morgen onze eigen auto weer gerepareerd af kunnen halen bij de garage.
Uiteindelijk rijden we nog even door naar Molinaseca, waar we inchecken in een hotel voor de komende nacht. We dineren vanavond op het terras van een restaurant naast de oude Romeinse brug van dit dorp. We waren hier ook al op onze pelgrimsdag van 9 augustus 2012. In dit gezellige pelgrimsstadje sluiten we onze vier weken durende pelgrimsreis van de zomervakantie van 2012 op passende wijze af.

Terugblik
Met dit laatste dagtraject is een eind gekomen aan onze bijzondere 26 zomervakantiedagen pelgrimeren over de Spaanse camino. In deze 26 dagen hebben we totaal 585,5 kilometer gelopen, bij een gemiddelde afstand van 22,5 kilometer per wandeldag; iets hoger dan ons reguliere daggemiddelde van 21,6 kilometer. Het wandelen is in de afgelopen vier weken voor ons beiden perfect verlopen.

Nog 100 kilometer
We beëindigen hiermee onze 151e pelgrimsdag, waarbij de totaalstand van het afgelegde pelgrimspad vandaag op 3.255 kilometer is komen te staan. Na deze 26 dagen hebben we het traject van Navarrete tot Pedrouzo achter de rug. Dit betekent dat we bijna onze gehele pelgrimage achter de rug hebben en dat we nog ongeveer 20 kilometer Spaanse camino vóór ons hebben liggen alvorens we in Santiago de Compostela arriveren. Daarna volgt nog de ongeveer 80 kilometer van Santiago de Compostela naar Finisterre, het absolute eindpunt aan de kust van de Atlantische Oceaan. Nog 20 + 80 = 100 kilometer!

Geen opmerkingen: